Het Wereldhuis
‘Het Wereldhuis’ is één van de laatste stukken die dominee Martin Luther King schreef voor zijn dood. Het begint als volgt:
Een paar jaar geleden overleed een bekende schrijver. Tussen zijn papieren vond men een lijstje met ideeën voor verhalen die hij nog had willen uitwerken. Eén idee waar hij dikke strepen onder had gezet, luidde als volgt: ‘Een volstrekt uit elkaar geslagen familie erft een huis waarin zij gedwongen moet samenwonen.’ En dit is exact de uitdaging waar wij als mensen vandaag de dag voor staan. Wij hebben een groot huis geërfd, een groot ‘Wereldhuis’ waarin wij gedwongen moeten samen leven – zwart met wit, Oost met West, ongelovigen met Joden, katholieken met protestanten, moslims met hindoes – we zijn één familie, met totaal andere opvattingen en ideeën, culturele achtergronden en interesses, die, omdat we tot elkaar veroordeeld zijn, een manier moet vinden om in vrede samen te leven.
De oorspronkelijke, Engelse tekst van Martin Luther King hangt ergens op een muur in een groot huis aan een gracht in Amsterdam. Dat huis is eigendom van de Protestantse Kerk en wordt gebruikt als dagopvang voor mensen zonder verblijfsrecht. Zij kunnen er terecht tussen 9 uur ‘s morgens en ongeveer 4 uur ’s middags. Er wordt ze een gratis lunch aangeboden en morele steun. Het is Martin Luthers fameuze droom over gelijkheid en broederschap die de mensen die dit ‘Wereldhuis’ runnen inspireert.
‘Er komen mensen met zestig tot tachtig verschillende nationaliteiten in het Wereldhuis,’ vertelde dominee Cor Ofman me gisteren. Pastor Cor is één van de oprichters van het Wereldhuis.
Vandaag maak ik een studie van hoe al die mensen met al die verschillende nationaliteiten samenleven in dit huis…